Gregoriaans – situatie in Nederland

Zeker tot aan de Reformatie maakte het gebied dat nu Nederland beslaat deel uit van de geschiedenis van het gregoriaans zoals hierboven beschreven. Enkele eeuwen van religieus en sociaal isolement volgen. Dan krijgt, met het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in 1853, de vernieuwingsbeweging van liturgie en zang ook hier voet aan de grond. Met name de clerus begon zich meer te richten op de oorspronkelijke gewijde muziek. In deze periode ontstonden op lokaal niveau Gregoriusverenigingen, zangkoren die zich verdiepten in de uitvoering van het gregoriaans. Omdat er nogal wat gelijkgestemden waren die van gedachten wilden wisselen over kerkmuziek verscheen in 1876 het Sint Gregoriusblad, in 1878 gevolgd door de oprichting van de Nederlansche Sint Gregoriusvereeniging, die tot doel had ‘op gezag en onder leiding van het Nederlands episcopaat de liturgische en gewijde muziek te bevorderen’. Naast het landelijk hoofdbestuur kende elk bisdom zijn eigen afdeling. Een bisdom was weer opgedeeld in koorkringen op het niveau van een dekenaat, die de afzonderlijke kerkkoren onder hun hoede hadden. Met de vernieuwing van Vaticanum II (1962 – 1965) werd de landstaal ingevoerd en kwam er ruimte voor eigentijdse vormen van liturgie. Het gevolg hiervan was wel dat het gregoriaans bijna geheel verdween. Met deze laatste twee thema’s, de kerkkoren en het vrijwel verdwijnen van het gregoriaans komen we uit bij onze schola, waarover hoofdstuk 2 handelt

 Ook kende de Gregoriusvereniging onderscheidingen toe. Dat gebeurt nog steeds. Je hebt eremedailles in brons bij 12 ½ jaar lidmaatschap, in zilver bij 25 jaar en in goud bij 40 jaar. In 2000 was Rudi Oomen 40 jaar lid van de schola en werd hem eveneens zo’n ere-medaille uitgereikt. Ook vond hij de oorkonde terug die hij bij zijn 40-jarig lidmaatschap ontving. 

  Steven Oomenontving in 2000 een erediploma met waardering en dankbaarheid voor inzet en verdiensten op het gebied van liturgie en kerkmuziek gedurende 25 jaar.

*  Bewijs van lidmaatschap van Jan Tzn van den Bosch van de Gregoriusvereniging. Ieder koorlid moet zo’n bewijs hebben gehad.

  Bernard Koning ter Heege bezit nog de eremedailles die hem door de Gregorius- vereniging werden toegekend bij zijn 25-jarig en 40-jarig lidmaatschap van de schola. Hij laat ze hier met trots zien (foto Casper van Aggelen).